Oekraïne 2025
Werkbezoek Pastoraal Fonds aan Oekraïne van 17 t/m 25 mei 2025
Op zaterdag 17 mei 2025 vertrekken we met een delegatie van het Pastoraal Fonds (PF) naar Oekraïne. Deze keer bestaat de delegatie uit: Rob Gerrits (voorzitter), Jan Lindhout (penningmeester), Wim Kersbergen (lid en tolk) en Freek Bosveld (lid). Dit reisverslag is door mij, Freek Bosveld, gemaakt, het is mijn eerste reis.
We vertrekken vanaf station Sassenheim om 06.38 uur, vliegen aansluitend in 1.45 uur van Schiphol naar Boedapest (Hongarije) en na een korte busrit naar het treinstation reizen we met de trein in 3,5 uur naar Nyíregyháza, een plaats dicht bij de grens van Hongarije met Oekraïne.
Daar worden we opgewacht door Kati en haar echtgenoot István. Zij zijn een van de contactpersonen van het Pastoraal Fonds. Het is een hartelijk weerzien. Zij brengen ons naar Gát in Oekraïne, een autorit van 2 uur als het opschiet bij de grens. Bij de grens is het rustig, maar we moeten toch nog 35 minuten wachten om door de Hongaarse en Oekraïense grenscontrole te komen. De eerste militaire controleposten langs de weg in Oekraïne worden zichtbaar. Tenzij je een vrijstelling kunt overleggen worden alle mannen van 18 – 59 jaar opgepakt voor militaire dienst.
De contactpersoon
In ieder dorp waar het PF hulp verleent is er een contactpersoon die verantwoordelijk is voor alle zaken die er namens het PF worden gedaan. De contactpersoon is de verbindende schakel tussen de projecten die het PF goedkeurt en de plaats waar de werkzaamheden worden uitgevoerd. De contactpersoon zorgt ook voor een financiële verantwoording. Aanvragen voor een project worden altijd door de contactpersoon gedaan, en weer door de contactpersoon bewaakt. Een verantwoordelijke en veeleisende taak, je zou bijna zeggen ‘baan’. De contactpersoon weet wat er in het dorp speelt, wie hulp nodig heeft (kleding en eten) etc.
Aangekomen bij Irén, onze contactpersoon in Gát, worden we wederom hartelijk welkom geheten.
Bij haar thuis verblijven we ook tijdens ons bezoek. Het is al laat en het eten is bijna klaar. We eten met Irén de maaltijd die Ági voor ons heeft klaargemaakt. Al gauw gaat het over de oorlog. De man van Irén, Zoltán, is december 2023 overleden. Ze praat al gauw over jonge mannen die zich schuilhouden voor de controles van de soldaten. De nog achter gebleven mannen zijn dan ook constant op hun hoede. Misschien komt de vraag in je op waarom ze niet vechten voor hun land. Het werd al snel duidelijk wat daar de reden voor is: je gaat 4 weken naar een opleidingscentrum waar je mag oefenen met stenen en een bezemsteel. Daarna word je naar het front gestuurd en de verwachte afloop mag duidelijk zijn. Vluchten of schuilen dus en veel mannen zijn gevlucht naar Hongarije, ook omdat in dit deel van Oekraïne veel mensen wonen van Hongaarse afkomst.
Na de maaltijd installeren we ons voor de komende week. Vanaf dit adres worden we iedere dag, tekens door een andere contactpersoon, opgehaald die ons mee neemt naar zijn/haar dorp en waar wij spreken met de plaatselijk predikant, arts, directrice van een (kleuter)school etc.
Kerk
Zondag, 18 mei, is onze eerste kerk- en werkdag. We bezoeken een dienst in de Reformatorische kerk in Gát en worden speciaal welkom geheten door de predikant. Namens het Pastoraal Fonds brengt Wim een groet over vanuit Sassenheim. Wim, onze tolk, spreekt vloeiend Hongaars. We zitten trouwens allemaal a aan de kant waar de mannen zitten, mannen en vrouwen zitten gescheiden van elkaar in deze kerk.
Gesprek met de Diaconie
’s Middags spreken we met de diaconie van de Reformatorische kerk. De diaconie bestaat uit 8 personen. De diaconie heeft het druk. Er is veel diaconale hulp nodig. Maandelijks ontvangt de diaconie een bedrag van het PF om de ergste nood te slechten. Een korte opsomming van wat met het geld wordt gedaan:
• Levensmiddelenpakket voor ongeveer 120 gezinnen, ook Roma gezinnen;
• Aankoop medicijnen;
• Aankoop incontinentiemateriaal;
• Behandelingen in ziekenhuis;
• Operaties in ziekenhuis;
• Kerstpakketten voor 300 personen, ook kinderen.
Daarnaast was men erg blij met de schoonmaakmiddelen en ondergoed die met de transporten met hulpgoederen zijn meegegeven vanuit Sassenheim. Er wordt gevraagd dit voort te zetten. Wij vertellen dat de schoonmaakspullen zijn gekocht na een inzameling gedurende het 4e kwartaal in de Protestantse Gemeente Sassenheim. In alle dorpen waar wij komen wordt er bij ieder gesprek gerefereerd aan de schoonmaakmiddelen. Voor ons heel gewoon maar daar hebben de mensen het niet. Het is veel te duur.
De diaconie vraagt ons niet om extra geld, maar ze kunnen het goed gebruiken. Dat zie je vaker, de mensen hebben moeite om iets te vragen en daarom is de contactpersoon zo belangrijk. Die slaat een brug en maakt een vertaling naar het PF. Op de valreep horen we dat er een enorme behoefte is aan wandelstokken, krukken en looprekken. Geen rollator, de wegen zijn veelal onbegaanbaar en een stoep is er meestal niet. Ook rolstoelen.
Gesprek met Irén (contactpersoon voor Gát en Csikós)
• Onze gastvrouw, Irén, is contactpersoon en een drukbezet persoon. We bespreken de stand van zaken van lopende projecten en nieuwe wensen. Irén is van alles op de hoogte en heeft de financiële verantwoording prima op orde. Na ieder gesprek met een contactpersoon worden de financiën doorgenomen met Jan, onze penningmeester. Er wordt veel besproken, we lichten er twee zaken uit:
Het ‘Tafeltje-dek-je’ project waar drie keer per week door vier vrouwen een maaltijd wordt gekookt voor 50 mensen heeft dringend behoefte aan nieuwe bezorgbakjes en pannen (40-50 liter). De mensen die de maaltijden krijgen zijn meestal mensen die naast dit eten verder niets hebben. Helaas is er een wachtlijst maar Irén probeert de maaltijden naar eer en geweten te verdelen. Als de maaltijden klaar zijn en in de daarvoor bestemde bakjes zijn gedaan worden ze rondgebracht.
de gebruikte bakjes worden dan mee teruggenomen.
Het eten rondbrengen klinkt eenvoudig maar dat is het niet. Zodra je de grens oversteekt van Hongarije naar Oekraïne merk je het, de weg is anders. Soms tref je een redelijk goed stuk weg aan, maar vaak is de weg een gatenkaas. Dan is het letterlijk zoeken naar glad asfalt zodat je verder kunt en dat is geen grap. Wegen zijn soms onverhard of met klinkers gelegd. Wij klagen wel eens over de Kagerdreef, nou dat is een prachtige weg . Het heeft niet alleen met de oorlog te maken.
Het is achterstallig onderhoud en de oorlog zorgt ervoor dat het voorlopig niet beter wordt.
• De Middenschool in Gát heeft 25 nieuwe radiatoren nodig. We krijgen een korte toelichting en spreken af daar verder met Erika, de directeur van de Middenschool, over te praten Hierop zullen we
Eten bij de predikant van de Reformatorische kerk
Voor de maaltijd zijn we uitgenodigd door de predikant en zijn vrouw, ds. Szilágyi Károly en Olga. Hun twee zoons studeren in Hongarije, alleen hun dochter is hier, Lidia, en zij eet mee. Olga runt de Roma kleuterschool waar wij nog op bezoek gaan. Zij vertelt vol vuur over de school en het feit dat de Roma slecht worden behandeld. Haar doel is om de kinderen weerbaar te maken en ze met een voorsprong naar de grote school te laten gaan zodat ze meer weten dan de andere kinderen. In een ongedwongen sfeer gebruiken we een heerlijke maaltijd. De kerk is steeds leger, dat baart de predikant zorgen. Het lijkt er ook niet op, dat door de oorlog meer mensen naar de kerk komen.
Ze zien hun zoons die in Hongarije studeren maar af en toe.
N.B. We hebben vandaag 5 keer gebak gegeten, dat kan niet zo doorgaan!
Maandag 19 mei: werkbezoeken in Gát
Irén gaat met ons mee en rijdt ons rond van de ene naar de andere locatie.
We gaan eerst naar de kleuterschool (“Hopehely”). We worden ontvangen door kinderen die liedjes zingen en dansen. Voor ieder kind hebben wij, als er kinderen zijn, zakjes Haribo en voor de leerkrachten een pak stroopwafels meegenomen. Een traditie van het PF, die we in ere willen houden. Andersom is er voor ons altijd een tasje met lekkere snoep en wat te drinken. Het snoepgoed gaat mee naar de kringloopwinkel in Sassenheim, waar het in bakje in de winkel en in Le Depot wordt gedaan. Zo kunnen de klanten ook genieten van de Oekraïense snoepjes. Net zo lang tot het op is.
We worden ontvangen door Ljuda (Ljudmilla). Zij zit ook in de diaconie, dus we kennen haar al.
Zij vervangt de directrice, Szabina, die met zwangerschapsverlof is maar nu wel aanwezig.
Er zitten nu 32 kinderen op de kleuterschool , dat waren er 80. De hoop is dat de kinderen met hun ouders na de oorlog weer terugkeren. Het aantal personeelsleden is van 24 naar 12 gegaan.
We krijgen een rondleiding en zien wat er in 25 jaar allemaal is gerealiseerd. Het ziet er netjes uit. De bedjes van de kinderen zijn in slechte staat. Een verzoek voor nieuwe bedjes zal worden ingediend.
Vorig jaar is er geschilderd en nieuw laminaat gelegd met financiële ondersteuning van het PF.
Ziet er keurig uit. De wasmachine is stuk, maar de tijdelijke vervanger voldoet niet. We spreken af dat ze een aanvraag voor financiële ondersteuning door het PF kan indienen en deze aanvraag dan zal worden beoordeeld. Verder verzorgt de kleuterschool ook maaltijden voor de kinderen, wederom gefinancierd door het PF. We nemen hartelijk afscheid.
Voor de lunch hebben we nog een afspraak bij de middenschool (Gáti Kovács Vilmos Líceum), met de directrice Román Erika. Het gesprek komt al snel op de oorlog. Docenten die 14 of meer uur per week les geven zijn vrijgesteld van dienstplicht. Erika moet echter wel ieder halfjaar een toestemming voor vrijstelling aan vragen. Verder loopt er een plan van de overheid om scholen samen te voegen, dat is een slecht plan. Kinderen moeten dan iedere dag ver reizen. Er zitten nu 300 kinderen (5-17) op de school maar die zijn er vaak niet allemaal. Op deze school zitten ook Roma kinderen, de integratie gaat best goed. Het PF geeft jaarlijks steun bij de aanschaf van leermiddelen. Er is geen digitaal lesmateriaal. De laagste klassen krijgen broodjes die met geld van PF worden gekocht. School en ouders zijn hier erg dankbaar voor. We zien speciale ruimtes met tv en dvd-spelers. Hier worden veiligheidslessen gegeven en het zijn tevens schuilplaatsen bij een luchtalarm. Hier heeft het PF een financiële bijdrage geleverd en kunnen de lessen bij een luchtalarm gewoon doorgaan.
De directrice heeft één groot verzoek. Er moeten 25 radiatoren worden vervangen. Het kan in de winter erg koud worden en zonder verwarming kunnen bepaalde lessen niet doorgaan. Wij zien de staat waarin de radiatoren bijvoorbeeld in de sportzaal verkeren (verroest en lek). Het is er nu al koud en het is nog maar mei. De sportdocente trekt ons aan onze jasjes. Ze is aan het sporten met een aantal leerlingen maar er is verder niets om echt mee te spelen. Geen voet-, hand, volley of basketballen. Die zou ze graag willen hebben.
We kijken in de keuken van het ‘Tafeltje-dek-je’ project. Het is een apart gebouwtje waar de maaltijden worden bereid. De grote pannen en een aantal bezorgbakjes zijn in slechte staat.
We spreken af dat deze op kosten van het PF kunnen worden vervangen. Sommige mensen spreiden de
drie maaltijden in de week (er wordt maar op drie dagen gekookt!) uit over de hele week, ze hebben simpelweg niets.
Bezoek aan de Roma school.
De directrice van deze school is Szilágyi Olga, de vrouw van de predikant. Op de school zitten nu
15 Roma kinderen. De school ziet er van binnen keurig uit. De kinderen gebruiken hier ook een maaltijd, zo weet Olga dat de kinderen in ieder geval iedere dag eten. Het PF betaalt de maaltijden. Op dit moment is er behoefte aan een aantal rvs-tafels voor de bereiding van de maaltijden. Het is een voorschrift vanuit de overheid. Afgesproken wordt dat daarvoor een aanvraag voor financiële ondersteuning bij het PF kan worden ingediend.
Olga zegt dat de kinderkleding die met de transporten wordt toegestuurd zeer welkom is. Dan hebben de kinderen bij een ongelukje extra kleding, want ze hebben verder niets. Olga vraagt de kinderen een paar dingen en ze geven keurig antwoord. Een aantal van deze kinderen bestaan niet voor de overheid. Ze komen in geen enkel bestand voor en kunnen daardoor bijvoorbeeld niet doorstromen naar de gewone school. Olga vecht samen met een advocaat om dit te veranderen. Ze is uiterst gedreven. Ook haar man Károly is aangeschoven. Ook hij is zeer begaan met deze kinderen.
De opgestuurde schoonmaakmiddelen waren een schot in de roos. Dat horen we overal. Olga zou graag kleedjes hebben op de stoeltjes van de kinderen. Gebreide kleedjes van 28 x 30 cm, in totaal 20 stuks.
De vraag is of wij deze kunnen laten breien. Het gaat om een enkele laag, geen vulling.
Bezoek aan Bak Olga, arts in het medische centrum van Gát.
Olga is al gepensioneerd, maar er is nog geen opvolging dus ze gaat maar door. Zij heeft een aantal assistentes die haar zo goed als mogelijk ondersteunen. Ook hier krijgen we een korte rondleiding. In het gesprek wordt duidelijk dat er behoefte is aan een nieuwe computer en een oog-lamp. Wij noteren dit en bedanken Olga voor haar werk en inzet.
Na het eten gaan we naar de begraafplaats waar Zoltán, de man van Irén ligt begraven. We bekijken ook de rouwkapel die met financiering van het PF is gebouwd.
Rouwkapel (rouwcentrum)
In veel dorpen zie je een rouwkapel. De rouwkapel staat op de begraafplaats waar onder andere ook de uitvaartdienst gehouden. Het gaat meestal om een houten overkapping met aan de achterkant een klein afsluitbaar gebouw waar de overledene wordt opgebaard. Het PF heeft inmiddels in een aantal plaatsen de bouw van een rouwkapel (mee)gefinancierd of betaald. Soms in zijn geheel maar ook voor een deel, dat is iedere keer anders. Deze rouwkapel in Gát is in 2019 in gebruik genomen.
Dinsdag 20 mei: bezoek aan Nagymuzsaly en Kigyós
We worden ’s morgens in Gát opgehaald en rijden naar onze contactpersoon, Marianna, in Nagymuzsaly. We gaan eerst naar de kleuterschool. Bij aankomst valt het nieuwe stalen hek op dat het PF heeft gefinancierd. Ook is een deel van het pad vanaf het hek naar de school betegeld. De vraag is of het PF het ontbrekende deel ook wil financieren. Marianna zal een aanvraag doen. We lopen door de kleuterschool. Er is behoefte aan 2 laptops. Van een financiële bijdrage van het PF zijn een kleuren tv, een kluis en een router aangeschaft. Ze zijn er erg blij mee en dankbaar. Speelgoed wordt ook dankbaar aangenomen, ze hebben nooit genoeg.
Na het bezoek aan de kleuterschool gaan we naar de dokterspost. Drie keer in de week komt er een vrouwelijke arts. De arts spreekt alleen Oekraïens, maat zij maakt wel duidelijk dat de dokterspost behoefte heeft aan verbandmiddelen, (gel)pleisters, handschoenen, gehoorapparaten, incontinentie inlegverband en luiers. Ze krijgen het niet of onvoldoende van de overheid.
Daarna gaan we naar de Middenschool en spreken met Szegedi Erika. Zij vertelt dat de school gelukkig blijft want veel scholen worden gesloten, omdat er te weinig kinderen zijn. Uit de omliggende dorpen komen veel kinderen naar de Middenschool in Nagymuzsaly. Het is nu dus geen middenschool ( 6 tot 15 jarige leerlingen) meer, maar een lyceum en heet nu het Hunyadi János Lyceum. Het gebruik van het woord Lyceum staat politiek beter. Er is een nieuwe regeling dat heel veel scholen maar 9 klassen mogen hebben in plaats van de huidige 11. Afwachten hoe het zich verder ontwikkelt. Zij heeft geen wensen voor de school.
Na dit bezoek hebben we thuis bij Marianna een gesprek met Marianna en haar man Imre. Imre wacht op een vrijstelling. Dan kan hij gaan en staan waar hij wil. Hopelijk komt dat binnen een paar weken rond. Ze vertelt dat één keer in de twee maanden van het diaconale geld van het PF 75 voedselpakketten worden klaargemaakt. In ieder pakket zitten ongeveer 13 items met vooral basiszaken zoals meel, olie, suiker en rijst. Het maken en bezorgen gaat prima. De opgestuurde schoonmaakmiddelen en het nieuwe ondergoed waren zeer welkom. Als het PF dat zou kunnen herhalen zou dat zeer fijn zijn. Er wonen ook oorlogsvluchtelingen in het dorp. Marianna helpt waar ze kan.
Marianna heeft goede connecties met het ziekenhuis in Beregowo omdat zij daar in het verleden als verpleegkundige heeft gewerkt. Vanuit dit zieken komen via Marianne dan ook veel verzoeken om medische artikelen naar het PF. Met name ook omdat in het ziekenhuis veel oorlogsgewonden worden gebracht. Alles wat in het ziekenhuis voor operaties en verzorging nodig is, en dat is heel veel, kan worden opgestuurd met de transporten. Het ziekenhuis en het mortuarium zitten te springen om twee brancards met een vast onderstel en twee in hoogte verstelbare transportbedden.
De mensen kijken altijd reikhalzend uit naar de kerstpakketten van het PF. De afgelopen keer hoorde Marianna mensen zeggen dat ze nog nooit iets cadeau hadden gekregen. Volgens Marianna is de bouwvergunning voor de rouwkapel net rond, maar er is nog geen begroting opgesteld.
Zodra alles klaar is zal zij bij het PF een aanvraag doen voor financiële ondersteuning .
Het PF geeft ook financiële ondersteuning aan twee studenten uit Nagymuzsaly met hun studie.
Bij het bespreken van de transporten van hulpgoederen geeft Marianna aan dat alles in goede orde wordt ontvangen en alle goederen worden verdeeld. Aan alle goederen is een grote behoefte. De gebreide truien, mutsen en sjaals worden met Sinterklaas aan de kinderen gegeven. Ze vertellen erbij dat dit van de Nederlandse Sinterklaas komt. De kinderen zijn dan erg blij.
Aan het eind van het gesprek neemt Jan, zoals dat bij ieder gesprek gaat, de financiële huishouding door. We hebben heerlijk gegeten bij Marianna en Imre. Ook was er weer gebak!
We worden naar Kigyós gebracht. Hier treffen we Éva en Feri. We bekijken de school, het cultuurhuis en de kerk. In al deze panden heeft het PF voor werkzaamheden betaald. De kerk ligt op een berg en in het verleden heeft het PF een pad met leuning aan laten leggen zodat bezoekers veilig naar boven kunnen klimmen, het is vrij stijl. Het gaat om een pad van een paar honderd meter. Eva roept, terwijl we naar boven gaan, dat ze het PF en God dankt dat ze veilig naar boven kan komen.
Eva heeft van het PF een driewieler opgestuurd gekregen, zodat ze mobiel blijft, daar is ze erg blij mee. Voor Feri is het lastig om zijn land te bewerken, hij is boer, maar als tekens het alarm gaat, schiet het natuurlijk niet op, want telkens moet hij zijn werkzaamheden onderbreken.
Ook Eva regelt de voedselpakketten. Dit zijn elke twee maanden 65 voedselpakketten met 15-17 artikelen per pakket. Ze zegt dat ondergoed ook hard nodig is zou graag zien dat de actie van het sturen van nieuw ondergoed zal worden herhaald. De doktersassistente heeft aangegeven deze keer geen aanvragen te doen. Ze heeft voldoende gekregen van het laatste transport. De kerstpakkettenactie was weer een groot succes. De goederen die Eva aanvraagt komen binnen via de transporten. Het gaat om kleding, verbandmiddelen, incontinentiemateriaal, speelgoed etc. Alles komt goed aan. De dozen met schoonmaak- en wasmiddelen zijn dankbaar ontvangen. De kleuterschool is nog open maar er zijn nog maar 12 kinderen. De kinderen voor de gewone school worden met de bus naar omliggende dorpen gebracht. Feri zal een aanvraag voor financiële ondersteuning voor het afbouwen van de rouwkapel doen.
Hij geeft aan dat hij behoefte aan een goede kantenmaaier. Die gebruikt hij bij de kerk, kerkleden en in zijn eigen bedrijf.
We eten met Eva en Feri
Woensdag 21 mei: bezoek aan Kisbégány en Balazsér
Iedere morgen staan we rond 06.30 uur op. Deze keer gaan we naar Kisbégány.
In Kisbégány aangekomen halen we eerst onze contactpersoon Kati op. Het bezoek aan de kleuterschool gaat niet door. Er zitten nog maar 16 kinderen op de kleuterschool.
We bezoeken de dokterspost. Alles ziet er keurig uit. Ook hier zien we wat er is gerealiseerd, altijd met hulp van het PF. De dokterspost zal een aanvraag doen voor de aanschaf van twee 2 airco’s. Ook zijn er wandelstokken, krukken en looprekken nodig. Er is ook behoefte aan Contour glucose strips en stoma zakjes.
Gesprek met Kati. We spreken Kati bij haar thuis. Met het diaconale geld van het PF worden elke twee maanden voedselpakketten gemaakt voor 60-65 gezinnen. Er zitten 15-17 artikelen in een pakket. István en Kati halen de producten overal vandaan. Schoondochter Anita helpt ook mee. Kati wenst vrede.
Haar zoon en kleinzoons wonen nu in Hongarije. Anita en haar dochter gaan zo vaak als mogelijk is daar naartoe. Ook István en Kati gaan regelmatig mee. We vragen of alle spullen bij een transport zoals verwacht aanwezig zijn. Dat is zo. Kleding, verbandmiddelen etc. Het is er allemaal. Er is grote behoefte aan incontinentiemateriaal voor de ouderen. De speciale zending met extra nieuw ondergoed en ook de schoonmaakmiddelen zijn dankbaar ontvangen. Ook de breiwerken die ze ontvangen zijn allemaal bruikbaar. Alles wat binnenkomt krijgt een plaats. Er is gebrek aan alles. Aan het einde van het gesprek loopt Jan nog de financiën door. Wederom is de financiële administratie in orde.
We worden na de lunch door onze contactpersoon in Balazsér, Belá (Béci), opgehaald. We bezoeken als eerste de Middenschool in Jánosi, directrice Éva. Vorig jaar was er brand in de keuken, opslagplaats en aula/eetzaal. Het PF heeft een geldbedrag gestuurd om de keuken en de eetzaal te renoveren. Het ziet er nu allemaal prima uit, alsof er niets is gebeurd. We bekijken nog een paar lokalen o.a. het muzieklokaal. De renovatie van de toiletgroep boven is ook klaar, ziet er netjes uit.
We gaan naar de kleuterschool in Balazsér, waar Victoria de directrice is. Hier zitten 37 kinderen.
Béci heeft ons vorig jaar gemeld dat er behoefte was aan wat herstelwerkzaamheden en nieuw meubilair. Hij noemt dat iemand uit het dorp die bij de radio werkt dat zou regelen maar die geeft niet thuis.
Wij raden Béci aan om een aanvraag te doen.
We bezoeken de dokterspost in Jánosi. Deze dokterspost is voor de dorpen Janosi en Balazsér. Het is een nette dokterspost op de eerste verdieping van een gebouw. Tijdens het gesprek brengt de dokter een aantal wensen ter sprake, zoals: het opknappen van de bovenste gang, een laptop, een printer;
3 bureaustoelen, waarvan een extra stevige voor de arts. Hij is erg groot, twee halfhoge medische kasten voor de statussen, wandelstokken, krukken en looprekken een bank in de artsenkamer. Bij elkaar een hele verlanglijst en dat bij het eerste bezoek aan deze dokterspost!
We geven aan dat Béci de procedure kent voor het aanvragen van financiële ondersteuning door het PF. Wat echt nodig is kan hij aanvragen. De uiteindelijke beslissing of de aanvraag of een deel daarvan zal worden gehonoreerd ligt bij het PF, die daarover in hun vergadering/vergaderingen een besluit zal nemen. Het is echter goed dat het PF via de gesprekken nu al op de hoogte is van wat gaat komen. Dat is waardevol.
We gaan naar het huis van Béci en Viki, zijn vrouw, om verder te praten. Béci heeft vanwege zijn gezondheid een vrijstelling voor het leger. Ook in dit dorp zijn er oorlogsvluchtelingen. De aanpassing verloopt steeds beter. Hij wil naast de volwassenen ook vooral de kinderen helpen. Controles door het leger worden steeds strenger zegt Béci. Ook hier wordt het belang van de schoonmaakmiddelen en het ondergoed aangehaald. Dat komt bij ieder gesprek met de contactpersonen terug.
We eten aansluitend een warme maaltijd. De dochters van Béci en Viki zijn ook aanwezig en oma Margit. Zij was vroeger de contactpersoon van het PF in Balazsér. Daarbij heeft zij ook veel werk verricht.
Aan het einde van de maaltijd brengt Viki ons weer naar Gát.
Donderdag 22 mei: bezoek aan Csonkapapi
Onze contactpersoon in Csonkapapi, Zoltán, haalt ons op uit Gát. We gaan eerst naar de kleuterschool en ontmoeten directrice Eleonora. De kinderen op de kleuterschool krijgen een maaltijd via het PF. Omdat er minder kinderen naar school komen, kunnen ze nog steeds de aanwezige kinderen een maaltijd aanbieden. De prijzen zijn, en dat hoor je overal, flink gestegen. Het PF heeft geld gestuurd voor het maken van een schutting en een paviljoen. De schutting staat, is mooi en stevig, maar toen was het geld op. Hoogste prioriteit nu is het vervangen van de speeltoestellen. Ook de verwarming vraagt aandacht maar dat heeft minder haast.
Bezoek aan de keuken van ‘Tafeltje-dek-je’ (” Hoop e Liefde“).
Hier werken drie dames. Zij bereiden drie keer per week 32 maaltijden. Wederom moeten sommige mensen hier de hele week van eten. Ze maken de porties wat groter, meer kunnen ze niet doen.
Er staan 11 mensen op de wachtlijst en we vragen Zoltán of we die ook kunnen helpen. We nemen dat mee naar Sassenheim.
Bezoek aan de dokterspost.
Bij de dokterspost bekijken we het nieuwe toilet, dat met financiële hulp van het PF is gerealiseerd. Ze willen een aanvraag indienen voor een bloedsuikermeter en een cholesterolmeter, of een 2 in 1 meter.
Die kunnen ze beter zelf in Oekraïne aanschaffen. Mocht er dan iets mee zijn dan is ondersteuning mogelijk, maar lastig als het PF deze apparaten in Nederland aanschaft. Er zijn bijna geen latex handschoenen meer. Daarvoor laten we geld achter. Er is nog wel één specifiek verzoek, er is behoefte aan mannenblaaskatheters.
Bezoek aan het rouwcentrum in aanbouw.
We gaan naar het rouwcentrum in aanbouw. De overkapping staat en de vloer is betegeld. PF betaalt voor het gebouwtje achterin. De rest wordt door de predikant cq. de kerkelijke gemeente betaald.
Gesprek met Zoltán en zijn vrouw Angéla. Angéla kan om gezondheidsredenen niet meehelpen met de werkzaamheden. Voor het kopen van de levensmiddelen voor het diaconale werk helpen ouderen en vrouwen. Ook schoondochter Renáta doet veel werk. Zoltán wordt ook een dagje ouder maar samen rooien ze het wel. Er zitten gemiddeld 11-12 basisproducten in de voedselpakketten. De auto van Zoltán is oud, het PF heeft deze ooit gekocht. We gaan in het PF overleggen wat te doen, voor nu rijdt de auto nog goed. De kleding die met de transporten meekomen wordt tegenwoordig bij de mensen thuisgebracht, zo krijgen ook mensen die de kleding niet kunnen komen halen kleding uit het transport met hulpgoederen.
Na ons gesprek worden we weer naar Gát gebracht.
Vrijdag 23 mei: bezoek aan Péter Gábor en middagprogramma in Beregowo
Péter Gábor is voor het PF de contactpersoon in Oekraïne bij het organiseren van de transporten van hulpgoederen. De aangeleverde gegevens vanuit Sassenheim van de aantallen en de gewichten van de dozen met kleding en medische artikelen worden door hem via het computersysteem van de overheid aangemeld. Als dit is gebeurd worden de verkregen vervoersdocumenten naar het PF gestuurd en doorgeleid naar de transporteur.
Péter kreeg in november 2024 een ongeluk met de auto, samen met vrouw en schoonmoeder. Ze zijn gered door de airbags. Péter zegt dat het land kapot is, er zijn geen investeringen mee. De school, waaraan hij verbonden is, ging van 550 leerlingen naar 250. Het versturen van geld door het PF wordt door de oorlog extra moeilijk. Het PF onderzoekt diverse varianten, Péter heeft geen oplossing. We bespreken nog een paar kleine details. Péter weet ons te vertellen dat het ziekenhuis een nieuwe vleesmachine (gehaktmachine) nodig heeft en dat er altijd behoefte is aan rolstoelen.
Middagprogramma in Beregowo
Om 11.00 uur ontmoeten wij alle contactpersonen voor het afsluitende programma van ons bezoek.
We bezoeken een Galerij en kleden ons met kleding uit de tijd van Julius Caesar. Er zijn 7 kunstenaars die hier exposeren. We worden door een medewerkster rondgeleid, zij vertelt iets bij ieder kunstwerk wat we passeren.
Na het bezoek aan de Galerij nemen de contactpersonen ons mee om ergens een lunch te gebruiken. Het is een gezellig samenzijn.
Aansluitend wordt ons een wijnproeverij in Kigyós aangeboden. Daar moeten we een stukje voor rijden . Op de wijnboerderij worden we opgewacht door de eigenaar die vol verve over de producten praat. Dan is het tijd om te gaan proeven. Gelukkig hoeven wij niet te rijden.
Afsluitend is er een diner geregeld, die wordt betaald door het PF. Na het diner is het tijd om van iedereen afscheid te nemen. Dat is een verdrietig moment. Het duurt weer een jaar voordat we iedereen weer zien. Voor Rob is het de laatste keer. Hij stopt eind december 2025 als voorzitter van het PF.
Zaterdag 24 mei: Terug naar Boedapest
We nemen afscheid van Irén. István en Kati brengen ons terug naar Nyíregyháza in Hongarije. Omdat we niet weten hoelang zal gaan duren om over de grens te komen, zullen we nog overnachten in Boedapest. Want op zondag zullen we weer terugvliegen naar Schiphol.
We rijden naar de grens, het duurt ruim een uur om de douane te passeren hoewel er bijna niemand is.
Alle koffers moeten open. Aansluitend gaan we naar de zoon van István en Kati, die met zijn zoons in Hongarije woont. Anita is daar met haar dochter al eerder naartoe gegaan.
We worden bij het station in Nyíregyháza afgezet en maken de reis in omgekeerde volgorde. De rest van de dag gebruiken we om door Boedapest te wandelen. Een prachtige stad aan de Donau. Er is ook een festival gaande waar we een tijd rondlopen. Er is livemuziek.
Zondag 25 mei: Terug naar huis
Zondag gaan we na het ontbijt weer op weg naar huis. Eerst met de bus om op het vliegveld te komen.
Alles verloopt voorspoedig en na de laatste trein van Schiphol naar Sassenheim worden we door het thuisfront opgehaald.
Persoonlijke noot
Er is mij gevraagd een persoonlijke noot toe te voegen omdat het mijn eerste reis was voor het PF. Het zit soms al verweven in het verslag, maar ik probeer het hier te verwoorden.
Het meest opvallende is voor mij dat de mensen, ondanks dat ze het zwaar hebben, toch proberen er het beste van te maken. Gezinnen zijn uit elkaar getrokken, waarbij een deel naar Hongarije is gevlucht. Mannen zijn naar het front gestuurd, zijn gevlucht of verstoppen zich om niet te worden opgepakt. Ook zijn hele gezinnen gevlucht. Aan de mannen die zich al jaren schuilhouden zie je het af dat het onderduiken zwaar is, een beetje zoals Anne Frank. Gesprekken daarover waren vol emotie.
Maar toch gaan mensen door met leven.
Ik vraag me dan af: hoe moet het na de oorlog? Er zit een enorm gat in de bevolkingspiramide
in de groep 18 tot en met 59 jaar. Komen de gevluchte gezinnen wel terug? Het heeft overal impact op, ook op de kerk.
Eerst verbaasde ik mij over de staat van wegen en huizen (dat komt niet alleen door de oorlog), de controleposten en de lege straten. In de gesprekken merk je pas de werkelijke pijn en ellende die deze oorlog met zich meebrengt.
Nog een toevoeging betreft de Roma kinderen. Wat fijn dat Olga, de vrouw van de dominee in Gát, zich daar met hart en ziel voor inzet maar in basis klopt het niet hoe de overheid en de kerk daarmee omgaan.
Ik hoop dat Olga stapjes vooruit kan zetten ook al is het maar een druppel op de gloeiende plaat.
De reis sterkt mij om door te gaan met het werk voor Kringloopwinkel Op Dreef. Het is misschien cliché, maar wat hebben wij het goed. Het kan geen kwaad om daar af en toe bij stil te staan.
Opgesteld door Freek Bosveld










































