Roemenië 2010
Werkbezoek aan Roemenië van 18 september t/m 23 september 2010
Op zaterdag 18 september 2010 vertrekt een delegatie van het Pastoraal Fonds bestaande uit Jan Lindhout, Marja Mantel en Henk Maat niet zoals gewoonlijk om 04:00 uur met een busje uit Sassenheim, maar om 09:00 uur met een personenauto. Voor het eerst zal de delegatie gaan vliegen van Eindhoven naar Boedapest en de reis met een personenauto verder vervolgen naar Tileagd, Alesd en Bilghez in Roemenië.
Rond 19:30 uur komt de delegatie in Tileagd aan. Ze wordt zoals gewoonlijk weer heel hartelijk ontvangen door István (de predikant van de Reformatorische kerk) en zijn vrouw Edit. Zij zijn wat ongerust geworden omdat in het toegezonden programma staat dat het Pastoraal Fonds rond 18:00 uur zal aankomen. Het eten staat klaar en we gaan met z’n allen aan tafel. István steekt meteen van wal en zegt dat het op dit moment niet zo goed gaat in Roemenië. De salarissen van overheidspersoneel en daaraan gekoppeld het gemeentelijk personeel hebben een vermindering gekregen van 25%. Ook de uitkering van de pensioenen is met 14% gedaald. Als het pensioen € 50,00 per maand is, dan vindt geen verdere daling plaats. Ook de BTW is van 19% naar 25% gegaan. Voor een leerkracht met twee aktes die les geeft aan de uitgebreide lagere school in Tileagd betekent dit er per maand 25% van 750 Lei (= € 162) af gaat en er nog 560 lei (= € 121) overblijft. István zegt ons dat hij tegenwoordig godsdienstles geeft op de uitgebreide lagere school. Naar verwachting zal deze financiële situatie ook van invloed zijn op de gesprekken die de komende dagen zullen volgen.
Na te hebben overnacht en ontbeten in het opgeknapte SassenheimHuis gaan we met z’n drieën op zondagmorgen om 10:00 uur naar de kerk. We zingen tijdens de kerkdienst zo goed en zo kwaad als het gaat in het Hongaars mee. De melodieën van de psalmen klinken ons bekend in de oren. Aan het einde van de dienst wordt door de organist een couplet van het Wilhelmus gespeeld. We zijn niet in staat de hele kerk met ons driestemmig geluid te vullen.
Daarna volgt een doopdienst, waarbij de predikant zeer uitgebreid de doopouders toespreekt aan de hand van de tekst: Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat ik jullie opgedragen heb”. Tijdens de doop wordt zeer uitgebreid gefotografeerd en gefilmd, wat in onze ogen de doopdienst niet ten goede komt. ‘s Middags gaan we naar een zaaltje waar ter ere van de dopeling een uitgebreide feestmaal wordt opgediend. Een hele ervaring.
In de namiddag vindt het gesprek met de kerkenraad plaats. Hierbij komen onderwerpen aan de orde zoals diaconaat, kledingverkoop ten behoeve van het diaconale werk, relatie Protestantse gemeente te Sassenheim en Reformatorisch kerk in Tileagd, de schoenendozen, bezoek van Sassenheimers aan Tileagd, onderhoud van het SassenheimHuis, nieuwe projecten enz. enz. Gezien de huidige recessie in Roemenië wil de kerk de verkoop van kleding weer gaan oppakken. Het is beter dat de mensen in staat zijn om voor één euro drie broeken te kopen, dan dat er geld wordt gegeven om naar een kledingwinkel te gaan.
‘s Maandag arriveren Nico Broekhuizen en zijn vrouw Annemiek uit Bilghez. Nico wordt eerst even bijgepraat. We gaan daarna naar de plaatselijk dokter Elisabeth. We hebben twee tolken die beide goed Engels spreken. Haar zoon András die medicijnen studeert en voorzitter was van de IKE (tegenhanger van ROTS) en István Szoboszlai (de predikant). De spreekkamer is helemaal opgeknapt. De ramen zijn nu van kunststof en met dubbel glas, het interieur is netjes geschilderd en de oude houtkachel brandt nu op gas en fungeert als moederkachel voor de radiatoren. We krijgen te horen dat van de meegebrachte medicijnen (ca. 10 verhuisdozen) in 2009 ongeveer 98% kon worden gebruikt. De medicijnen zijn op basis van de naam van de actieve stof gesorteerd. Zo kan ze eenvoudig uit een doos pakken als er wat nodig is. Helaas hebben wij door de keuze van reizen geen medicijnen mee kunnen nemen, maar het is wel een stimulans om het in Sassenheim te blijven verzamelen. Verder vertelt zij dat ze een stomapatiënt heeft waarvoor in Roemenië geen stomazakjes te koop zijn. Evenals in Oekraïne worden patiënten gewoon naar huis gestuurd met de mededeling: “ Zoek het zelf maar uit”. De dichtstbijzijnde mogelijkheid is om het in Hongarije te (laten) kopen. Ook vraagt zijn om verbandmiddelen die vooral gebruikt worden door diabetici als zij open benen hebben. We nemen hartelijk afscheid en hopen haar ‘s avonds weer te ontmoeten bij het door haar aangeboden diner.
‘s Middags gaan we naar de familie Papp, waar we ook Berta, de voormalige koster van de Reformatorische kerk, aantreffen. Onder genot van een kopje thee en druiven uit de eigen tuin worden herinneringen aan vroeger opgehaald. Met name de bezoeken van de Rots-jongeren aan Tileagd en de IKE-jongeren aan Sassenheim worden gesproken. “Helaas, dass war einmal Horen we Sarika zeggen. Haar man Benjamin zegt niet veel (meer).
’s Avonds gaan we bij het doktersechtpaar eten. We worden op traditionele wijze ontvangen: palinka, brood en zout (Het brood vertegenwoordigt de gastvrijheid. Het zout symboliseert de vriendschap, een eeuwige vriendschap die nooit zal verzuren, zoals het zout nooit door de tijd wordt aangetast. Daardoor verliest het nooit zijn smaak). Tijdens het diner waarbij ook András, István en Edit aanwezig zijn wordt zeer geanimeerd met elkaar gepraat. Naast onderwerpen als voetbal en economie komt ook uitgebreid de geschiedenis van Hongarije en de omringende landen aan de orde. Met name de oorzaak van het feit dat veel Hongaren in Roemenië en Oekraïne wonen, wordt ons uitgebreid toegelicht en verschijnen ook de atlassen op tafel. Als de oogjes wat kleiner worden gaan we naar huis.
Dinsdagochtend vertrekken naar het kindertehuis van Annemarie Sadler in Alesd. Ook hier worden we op de bekende hartelijke wijze ontvangen. Zij neemt ons eerst mee naar buiten om de zonnepanelen te laten zien die op het dak van het kindertehuis zijn gemonteerd. Dit moet een bijdrage leveren aan het verlagen van de torenhoge brandstofkosten voor de verwarming. (In Roemenië is er geen verschil tussen dieselolie (voor auto’s) en huisbrandolie).
De eetruimte is opgeknapt en er worden/zijn nieuwe foto’s van de kinderen gemaakt. Vergeleken met de vorige serie foto’s van 25 kinderen lijkt de gemiddelde leeftijd te zijn toegenomen. Veel kinderen blijven ook na hun 18e jaar in het tehuis. Zij hebben het goed in het kindertehuis. Annemarie is een echte handelaar. Wat zij krijgt wordt zelf gebruikt, wordt verkocht of wordt gebruikt als ruilmiddel. Nadat wij uitgebreid over de financiën hebben gesproken, dankt zij ons voor de jaarlijkse bijdrage voor de stookkosten. Dan vertellen we haar over het ontbreken van vazen in de Julianakerk voor het collecteren voor de herinrichting van de keuken in Gát in Oekraïne. Meteen stapt zij op de fiets en komt 10 minuten later terug met een drietal mooie bruine vazen en nog een aantal doorzichtige vazen. Gelukkig zijn we met de auto en alles wordt ingeladen. We nemen hartelijk afscheid.
We rijden door de bergen door naar Bilghez. Daar worden we begroet door het predikantsechtpaar István en Emma Ruzsa, de voorzitter van de Kerkenraad en een tweetal kooksters. We kunnen meteen aantal voor de lunch. István is gelukkig weer wat opgeknapt na zijn operatie aan zijn dikke darm. Maar helemaal goed is het nog niet. Er komen nog enkele nabehandelingen (hij noemt dat Putzieren!).
Na de lunch behandelen we meteen de vragen die wij in Sassenheim hebben voorbereid. Ook hier komt de korting op het salaris en de pensioenen ter sprake. De stemming is hier wat treuriger dan in Tileagd. In Bilghez wonen heel veel oude mensen. Dat heeft meteen zijn weerslag in de inkomsten van de kerk. Tevens brengen de landerijen van de kerk bijna niets op. De verkoop van kleding stagneert. Extra inkomsten zijn er niet.
We praten over de kledingverkoop en een mogelijke samenwerking met Tileagd. Daar voelt István niet voor. De kleding die uiteindelijk overblijft geeft hij aan een andere predikant. Er blijft uiteindelijk dus niets over. De stemming tijdens het gesprek is wat bedrukt. De problemen lijken zijn wel aaneen te scharen. De leden van het Pastoraal Fonds proberen István wat op te vrolijken, maar dat blijkt heel moeilijk te zijn.
Na de avondmaaltijd gaan we met z’n allen een afzakkertje halen bij Nico thuis. Er is nu goede verlichting en het is dan ook geen probleem voor Jan en Henk later op de avond hun weg terug te vinden naar de pastorie.
Woensdag hebben we een afspraak met de burgemeester van Nușfalău waar Bilghez onder valt. We praten over de overdracht van het drinkwaterleidingsysteem aan een waterleidingmaatschappij. Dit blijkt nu in een eindfase te zijn. Het toezicht en het onderhoud wordt al gedaan door de gemeente, straks door de watermaatschappij. Aan het einde van het gesprek nodigt hij ons uit om de kapel op de begraafplaats te bekijken. Een jaar geleden heeft het Pastoraal Fonds hierover nog met hem gesproken. De burgemeester vertelt dat hij ook veel ideeën heeft opgedaan tijdens zijn bezoek aan Nijverdal. Er staat nu een heel mooi en praktisch gebouw, dat deels ook gesponsord is door Nijverdal.
Na dit bezoek keren we weer terug naar Bilghez.
Na de middaglunch vertrekken Jan, Marja en Henk richting Boedapest, waar zij rond 18:00 uur aankomen in Hotel Amadeus. De koffers worden op de kamers neergezet. De gelegenheid om ‘s avonds nog iets van Boedapest te zien wordt niet onbenut gelaten. Na een maaltijd op een terras in het centrum gaan we na een korte wandeling langs de Donau met de metro terug naar het hotel. Na een goede nachtrust staan Jan en Henk om 7 uur bij de receptie. De receptionist zegt hen dat het pas 6 uur is en de ontbijtzaal pas om 7 uur open gaat. Ze waren vergeten de wekker een uur terug te zetten (in Roemenië is het een uur later). Een uur later komt, nog beter uitgerust, ook Marja naar beneden. De rit naar het vliegveld is zonder problemen. De vazen zitten netjes in een grote boodschappentas. Voor de zekerheid controleert Jan nog even of de tas niet te groot is, maar het is volgens hem de enige tas die aan de voorschriften wat betreft afmetingen voldoet. De vliegreis met WIZZair en daarna de autorit naar Sassenheim verloopt geheel naar wens.
Nawoord
Terugkijkend op de reis kan worden gesteld dat de gesprekken zeer goed zijn verlopen en dat er voor het Pastoraal Fonds in Roemenië nog het een en ander te doen valt. Met name de korting op de salarissen en de uitkeringen zal zeker gevolgen hebben. Te hopen valt dat de mensen in Roemenië niet de moet verliezen en de oude tijden willen laten terugkeren.
Ook voor de medewerkers van de Kringloopwinkel Op Dreef is het goed te weten dat hun werk wordt gewaardeerd in Roemenië. De mensen weten inmiddels heel goed dat zij veel te danken hebben aan het vrijwilligerswerk in de Kringloopwinkel Op Dreef in Sassenheim
Opgesteld door: Henk Maat
4 oktober 2010